Benodigdheden voor de taartbodem:
- 30 gr poedersuiker
- 30 gr amandelpoeder
- 250 gr bloem
- 125 gr boter
- 1 ei
- 25 gr suiker
- 5 gr vanillepoeder
- snuifje zout
Benodigdheden voor de flanvulling:
- 1 vanillestokje
- 95 gr suiker
- 375 ml melk
- 1 eidooier
- 4 eieren
Voor de afwerking:
- 300 gr slagroom
- 1 el suiker
- brésilliene nootjes
We starten met het bereiden van de taartbodem.
Meng het poedersuiker met de amandelpoeder tot een broyage. Zeef de bloem samen met de broyage en stort het uit op het werkvlak.
Snijd de zachte boter in stukjes en leg ze in een kuiltje op het mengsel.
Voeg er het ei, de 25 gr suiker en het vanillepoeder aan toe. Strooi langs de rand van de bloem het snuifje zout.
Meng dit alles met de vingertoppen tot je een deeg verkrijgt. Je mag niet kneden, maar alles goed mengen.
Verpak het deeg in plastiekfolie en bewaar het een half uurtje in de koelkast.
Beboter de taartvorm. Bestuif het werkblad met bloem en rol het deeg uit tot een dikte van 3mm . Prik er enkele malen in met een vork. Leg het deeg over de taartvorm en druk overal mooi aan.
Nu gaan we het deeg blind bakken. Verwarm de oven voor op 190°C.
Leg een rond stuk bakpapier op de taartvorm en leg er bakparels op. Bak af gedurende een kwartier.
Laat het deeg afkoelen.
Voor de flanvulling snijd je de vanillestok overlangs door en schraap het merg eruit. Voeg het merg en de suiker toe aan de melk en breng aan de kook.
Klop de eidooier en de eieren op tot een schuimende luchtige massa en schenk er daarna al kloppend het warme melkmengsel bij. Neem de taartdeeg en vul ze tot enkele mm onder de rand. Bak de taart gedurende 20 min. op 190°C. Als je met een houten satéstokje in de vulling prikt en er blijft niets meer aanhangen dan mag de taart uit de oven.
Ontvorm en laat volledig afkoelen.
Klop de slagroom met de poedersuiker op. Leg een dikke laag slagroom op de afgekoelde flantaart. Strijk met een pannenlikker de slagroom van het midden naar de randen toe.
Bestrooi de taart met het brésilliennemengsel. Bewaar ze koel.
Smakelijk.
